Reinier Arens van Essenburg, dienaar der justitie te Dirksland, verklaart op verzoek van Willem Langstraat, gedetineerde in Dirksland, dat hij in februari geholpen heeft meubelen van de weduwe Reewijk in de schuit van Langstraat te brengen. Op bevel van zoon van de schout moest het weer uitgeladen worden, Kattestaart werd kwaad, ruzie en hij werd gebonden afgevoerd en ook nog steeds een blauw oog heeft

Aart Bosschieter te Dirksland en Jan Jans van Brugge te Melissant verklaren op verzoek van Cornelis van Nieuwenhoven dat zij in 1726 mee gedolven hebben, wat slecht ging door hardheid van de bodem, later ging het delven bij Huijgelbos slecht door de regen

Gerrit Hendriks van Winterswijk te Herkingen en Wessel Wesselse te Dirksland verklaren op verzoek van Johannis Daniels Noorthoeve dat zij bij het dorsen voor Noorthoeve door Cornelis van Nieuwenhoven bevolen waren gloei te maken, en later was er ook geschil over geschiktheid van het stroo voor gloei

Leendert Rotte, Gerrit Soldaat, Jacob Marcus Caron, Aren Maghiels de Ligt, Hendrik Arens Bot en Joost Creepelman verklaren op verzoek van de erfgenamen van Jan Arense Kabouter dat Jan Arens Kabouter een zus had, genaamd Jobje, die getrouwd was met Cornelis Leenderts Lodder. Zij woonden allen in Dirksland. Jan noemde Jobje 'zuster'.