getuigenverklaring, deel ontbreekt

Cornelis van der Sluis, 63 jaar, en Aagje Nijpjes, 66 jaar, wonend te Stad aan 't Haringvliet, verklaren op verzoek van Cornelis en Adriaantje Onwijn dat zij hebben gekend Willem Onwijn en Leentje Kronenburg, waarvan genoemde Cornelis en Adriaantje de kinderen zijn. Ook hebben ze gekend Pieter Wielart, veerman Ooltgensplaat en zijn vrouw Maatje Kronenburg, die een zoon Cornelis hadden

Johan Philippus Hers en Pieter Gouswaert te Herkingen verklaren op verzoek van Izac van den Bogaert te Stellendam dat Tijsje Kreeft als vader van haar kind Izac had genoemd. Maar de attestanten zeggen ook dat zij van 5 op 6 december 1789 in bed was betrapt met Jan Aren Janse. Zij geeft dat toe, hij is de vader

Jacob de Munnik en Willem Gilzen te Stellendam verklaren op verzoek van Leendert Visser dat zij in de 22 e cavel van de Eendragtspolder, gebruikt door Visser, zes paarden zagen lopen dwars door de haver. Zij herkenden die als paarden van Abraham Koppenaal, wonend in dezelfde polder. Zij vertelden dit aan bouwknecht Adam Kreeft, die schutter Jacob Lokker inschakelde. Samen hebben ze de paarden weggehaald en in de schutskooi gezet. Visser wilde de paarden daar laten, tot hij schadevergoeding had, maar de paarden bleken even later weggehaald